Zorghart

Bij veel ouderen lijkt de situatie thuis alsmaar schrijnender te worden, zo ervaar ik het tenminste. Zoals gister toen ik met spoed een fijne plek moest zien te vinden voor een meneer met dementie. Meneer zijn echtgenote belandde onverwacht in het ziekenhuis en zijn dementie was te vergevorderd om nog alleen thuis te kunnen blijven. Na veel overleggen met collega-verpleegkundigen vond ik gelukkig een plekje voor hem.

De opluchting van zijn zoon was enorm toen ik hem belde met het nieuws. ‘Ik kan wel janken, zei hij geëmotioneerd, sterker nog ik huil al’. Ik voelde bij mezelf de ontroering door zijn onvrijwillige tranen, en ik voelde dankbaarheid, dankbaarheid omdat ik kon helpen.

Werken in de zorg is een roeping wordt er weleens gezegd. Oprechte onzin, vanzelfsprekend. Werken in de gezondheidszorg is een vak, een serieus beroep waarin je je skills continue moet aanscherpen en bijhouden. Je zorgt voor een ander mens en dat is geen sinecure. Elke fout wordt levensgroot uitvergroot. Terecht natuurlijk, maar het maakt ook enorm kwetsbaar. Voor die ander en voor jezelf.

En naast die weerbaarheid, professionaliteit en kunde is het hebben van een zorghart van groot belang. Liefde hebben voor wat je doet, om die andere mens op nummer één te kunnen zetten tijdens dat hele kwetsbare moment in diens leven. Zonder dat empathisch vermogen raak je in dit beroep hopeloos verloren.

Ik schreef er een boek over, over al mijn ervaringen tijdens die jaren zorgen voor anderen, en ik heb hem ‘Zorgliefde’ genoemd. Het is een prachtige verzameling geworden van bijzondere gebeurtenissen, over echte mensen en soms heftige situaties. Warme en rijke verhalen.

Naast alle kennis en kunde, die ik elke dag nodig heb om te triageren en een nieuw fijn thuis voor al die zorgvragers te kunnen vinden, klopt mijn warme zorghart, die het niet opgeeft, ook niet als het hopeloos lijkt.

Benieuwd naar mijn boek? Leuk! www.uitjeervaring.nl/zorgliefde

Diepe buiging

‘Ik wil hem nog niet kwijt hoor, vertelt ze me, zolang het nog lukt om voor hem te zorgen blijven we samen’. Meneer heeft dementie en zij zorgt voor hem. Steeds meer, al een hele poos steeds meer. Als ik haar vraag hoe het thuis gaat en hoe het met haar gaat, begint ze te vertellen. Als een waterval die al een poosje wilde ontsnappen.

Ik luister vooral, stel af en toe een vraag maar het is overduidelijk dat ze graag wil praten. ‘Als u druk bent en geen tijd voor me heeft dan kap ik mijn verhaal af hoor’ zegt ze. Glimlachend moedig ik haar aan om verder te gaan, soms is het zalig om je verhaal aan een onbekende kwijt te kunnen. Om zonder consequenties even stoom af te blazen. Daarbij levert het me een schat aan informatie op die ik weer kan inzetten als we een passende plek voor deze meneer gaan zoeken, ook niet onbelangrijk.

Ik zei het al vaker, de verschuiving van de huidige zorgbehoeftes in onze regio zijn overduidelijk maar gelukkig ontstaan er overal mooie initiatieven om daar zoveel mogelijk in te ondersteunen. Logeerhuizen bijvoorbeeld, er is groei in respijtzorg mogelijkheden en er zijn allerlei mooie hulplijnen voor heel veel mantelzorgers.

Tijdens ons gesprek vertelde ze me ook dat haar man bijna niet meer kon praten, en dat wat hij zei meestal onverstaanbaar of onbegrijpelijk was. Meteen begreep ik waarom ze het zo fijn vond om even tegen mij aan te kletsen. Communicatie is een groot goed en van levensbelang.

Zij mist het.

Om even samen de dag door te nemen, te glimlachen om herinneringen die spontaan langs komen waaien of gewoon een kletspraatje over het weer. Als je stil staat bij de hoeveelheid momenten die zij nu moet missen, blijvend moet missen, het is amper te bevatten. Week na week en dat al jarenlang.

Diepe buiging voor deze dame op leeftijd die elke dag onvermoeibaar klaar staat om voor haar zieke man te zorgen. Diepe buiging voor haar en voor alle mantelzorgers van Nederland.